‘Om vooruit te komen, moet je innoveren’

Met zijn digitale economie loopt Nederland voorop. Wat betekent dat voor onze samenleving? “Ook digitale ontwikkelingen zullen gepaard gaan met ongewenste nevenactiviteiten, maar angst mag niet de overhand krijgen.”

Een moderne samenleving kan niet zonder digitale innovatie, vindt Michiel Steltman. Hij is directeur van Stichting Digitale Infrastructuur (DINL), die overheden, bedrijven en burgers wegwijs maakt in de digitale economie en Nederland als digitaal knooppunt op de kaart zet. Hij weet exact waar de digitale kansen en uitdagingen liggen.

Hoe staat Nederland ervoor als het gaat om technologische ontwikkelingen?

“Het World Economic Forum publiceerde onlangs een lijst met de meest concurrerende economieën ter wereld. Nederland staat op nummer 4, na Singapore, de Verenigde Staten en Hongkong. Als economische innovator doet Nederland het dus ongelooflijk goed. Dat komt mede door het ondernemersklimaat: in een land met veel digitale start-ups en digitale middelen binnen handbereik, is het makkelijk ondernemen. Qua kerntechnologie kan het beter; we hebben bijvoorbeeld geen hardwarefabrieken. Maar Nederland staat binnen Europa dan wel weer bovenaan op het gebied van digitale diensten. We hebben een sterk dienstverlenende economie: grote partijen als Bol.com, Adyen en Leaseweb slaan vanuit Nederland hun vleugels uit over de hele wereld. We lopen voorop met onze digitale economie.”

Wat betekent dat voor onze samenleving?

“Dat we ons verzekeren van een goede economische toekomstpositie. Een gezonde digitale infrastructuur betekent nieuwe economische activiteiten, werkgelegenheid en onafhankelijkheid van andere landen – economische vernieuwing, dus. Door de digitale transitie gaat de maatschappij er ook anders uitzien. In de panden op het voormalige Philips-terrein Strijp-S werden ooit gloeilampen, beeldbuizen en scheerapparaten gemaakt; nu zitten er jonge marketingbedrijven, start-ups en scale-ups. De transitie van fysiek naar digitaal voltrekt zich daar voor je neus.”

Vanuit de samenleving klinken ook zorgen over digitalisering, vooral als het om veiligheid en privacy gaat. Zijn die terecht?

“De economische wetenschap kent zogeheten ‘externaliteiten’: ongewenste nevenactiviteiten die elke economische activiteit met zich meebrengt. Dat zal bij digitale ontwikkelingen niet anders zijn. In alle hoeken en gaten van de samenleving zitten digitale apparaten en software die kunnen falen of die onze informatie kunnen lekken. Dat klinkt eng, maar als je nagaat dat onze samenleving al volledig gedigitaliseerd is – we zijn de hele dag online, alles is digitaal en elektrisch – gaat er per saldo weinig fout.”

Als onze digitale samenleving crasht, hebben we wel een groot probleem.

“Klopt. De netwerkeconomie bestaat uit veel actoren, die van elkaar afhankelijk zijn. Dat brengt risico’s en gevaren met zich mee, concludeerde de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WWR) onlangs nog in een rapport. Eén dag niet kunnen pinnen is vervelend, maar als het twee weken niet kan, hebben we een gigantisch probleem. Alles wat lang platligt, is ontwrichtend. Daarom is het belangrijk om de weerbaarheid van onze digitale economie te vergroten, hoe goed ’ie ook al functioneert. Door middel van goed beleid, bijvoorbeeld, en cybersecurity. We moeten rekening houden met de invloed die digitale ontwikkelingen op de persoonlijke levenssfeer en privacy hebben. En computers die zelf besluiten nemen, moeten we altijd kunnen bijsturen. Maar we moeten niet té bang zijn. Elke grote verandering gaat gepaard met maatschappelijke angst en zorgen; die mogen niet de overhand krijgen.”

Hoe ziet de toekomst van digitale technologie eruit?

“Om vooruit te komen, moeten we durven en willen innoveren. Dankzij Artificial Intelligence (AI) wordt het makkelijker om data te analyseren en daar patronen in te vinden. Dat is bijvoorbeeld handig in de zorg: een computer herkent data uit een lijst symptomen, waardoor een arts sneller en beter diagnoses kan stellen. En door drone-beelden van agrarische gebieden te analyseren met behulp van AI, kunnen boeren makkelijk bepalen hoe ze hun land efficiënter kunnen gebruiken. Het 5G-netwerk dient daarbij als belangrijke maatschappelijke infrastructuur. Het zorgt ervoor dat veel data verwerkt kunnen worden. En dat apparaten en sensoren al die data veilig en razendsnel kunnen versturen en ontvangen. Zulke aanjagers van digitale innovatie zijn essentieel voor onze toekomstige welvaart en voor een duurzame samenleving.”

Lees het artikel bij NRC
Tekst: Kim van der Meulen

Zoeken
Related
nieuws
DINL oktober
Met DINL Update doe ik verslag van mijn recente activiteiten en ander nieuws. Daarmee blijf je als achterban op de...
nieuws
Uitnodiging-2
Op 22 november vindt in perscentrum Nieuwspoort het Nationale Debat over Digitalisering plaats.
nieuws
digitale-sector
Met DINL Update doe ik verslag van mijn recente activiteiten en ander nieuws. Daarmee blijf je als achterban op de...